In dit artikel wordt nader ingegaan op de verschillende situaties waarin een vereffenaar van de nalatenschap kan worden benoemd door de rechtbank. Voorts komt aan de orde wie dit verzoek kan doen, bij welke rechtbank het verzoek moet worden gedaan en welke personen door de rechtbank tot vereffenaar van een nalatenschap kunnen worden benoemd.
Wanneer kan de rechtbank een vereffenaar van de nalatenschap benoemen?
- De nalatenschap wordt beneficiair aanvaard door een of meer erfgenamen
In de eerste plaats biedt de wet die mogelijkheid na een beneficiaire aanvaarding van de nalatenschap, hetgeen volgt uit artikel 4: 203 lid 1 BW. Op het moment dat er een nalatenschap openvalt en een of meer erfgenamen de erfenis beneficiair hebben aanvaard, zijn alle erfgenamen gezamenlijk de vereffenaars van die nalatenschap (artikel 4:195 BW). Alle erfgenamen (ook zij die de nalatenschap zuiver hebben aanvaard) zullen dan samen moeten overleggen over en zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de vereffening van de nalatenschap. Een dergelijke vereffening wordt ook wel een “lichte vereffening” genoemd.
Op het moment dat de erfgenamen, om welke reden dan ook, niet willen of kunnen overgaan tot het vereffenen van de nalatenschap, dan bestaat de mogelijkheid de rechtbank te vragen om een vereffenaar te benoemen. Te denken valt aan situaties waarin de erfgenamen het niet eens zijn en dit de afwikkeling van de nalatenschap belemmert. Aan welke voorwaarden het verzoek tot benoeming van een vereffenaar van de nalatenschap moet voldoen, verschilt naargelang de persoon van de verzoeker. Hierop wordt verderop in dit artikel nog nader ingegaan.
Indien vervolgens het verzoek tot benoeming van een vereffenaar door de rechtbank wordt gehonoreerd, treedt de door de rechter benoemde persoon als vereffenaar in de plaats van de (gezamenlijke) erfgenamen (artikel 4:203 lid 2 BW). Op dat moment wijzigt de lichte vereffening in een “zware vereffening”.
- De nalatenschap is niet beneficiair aanvaard door een of meer erfgenamen maar een vereffening van de nalatenschap is gewenst
Verder biedt artikel 4:204 BW de mogelijkheid tot het benoemen van een vereffenaar, in de situatie waarin geen sprake is van beneficiaire aanvaarding van de nalatenschap door de erfgenamen, maar een vereffening van die nalatenschap wel gewenst is. De wet biedt die mogelijkheid in de navolgende situaties:
- Wanneer er geen erfgenamen zijn, wanneer het niet bekend is of er erfgenamen zijn, of wanneer de nalatenschap niet door een executeur wordt beheerd en de erfgenamen die bekend zijn de nalatenschap geheel of ten dele onbeheerd laten (artikel 2:402 lid 1 sub a BW);
- Wanneer de nalatenschap wordt verdeeld voordat de opeisbare schulden van de nalatenschap zijn voldaan, of wanneer voor het gevaar bestaat dat een opeisbare schuld van de nalatenschap niet volledig of niet binnen redelijke tijd uit die nalatenschap wordt voldaan (artikel 4:204 lid 1 sub b BW);
- Wanneer belangen van een schuldeiser van de nalatenschap door een gedraging van de erfgenamen of van de executeur ernstig worden geschaad (artikel 4:204 lid 1 sub c BW).
Uit artikel 4:205 BW volgt dat een vereffenaar van de nalatenschap door de rechtbank kan worden benoemd, in het geval een schuldeiser van een erfgenaam die de nalatenschap verworpen heeft, door die verwerping klaarblijkelijk is benadeeld.
Waar en door wie moet het verzoek tot benoeming van een vereffenaar van de nalatenschap worden ingediend?
Een verzoek tot benoeming van een vereffenaar wordt ingediend bij de rechtbank van de laatste woonplaats van de overledene. Dit verzoekschrift moet door een advocaat worden ingediend bij de rechtbank; hier geldt dus verplichte procesvertegenwoordiging. Overige proceshandelingen, zoals het indienen van nadere stukken of een verweerschrift, moeten ook door een advocaat worden verricht. Bijstand van een advocaat die in het erfrecht is gespecialiseerd is in deze situatie dan ook noodzakelijk, mede vanwege het feit dat een dergelijk verzoek deugdelijk moet worden gemotiveerd.
Wie kan een verzoek tot benoeming van de vereffenaar indienen?
In de gevallen waarin een nalatenschap beneficiair is aanvaard door een of meer erfgenamen, kan iedere erfgenaam de rechtbank verzoeken om een vereffenaar te benoemen (artikel 4:203 lid 1 sub a BW). Daarnaast volgt uit artikel 4:203 lid 1 sub b BW dat ook een belanghebbende (dit belang moet dan worden aangetoond c.q. onderbouwd) of het Openbaar Ministerie bij de rechtbank kan verzoeken om de benoeming van een vereffenaar, wanneer zich de omstandigheden voordoen die in dit artikellid zijn genoemd, te weten:
- Degene die met het beheer van de nalatenschap is belast schiet in ernstige mate tekort in de vervulling van zijn verlichtingen, is daartoe ongeschikt of voldoet niet aan een last tot zekerheidstelling, wanneer de schulden van de nalatenschap de baten blijken te overtreffen
- Er wordt tot verdeling van de nalatenschap overgegaan voordat de nalatenschap is vereffend.
Wanneer geen sprake is van een beneficiaire aanvaarding van de nalatenschap door een of meer erfgenamen, volgt uit de wet dat de navolgende personen de rechtbank kunnen verzoeken om een vereffenaar van de nalatenschap te benoemen:
- Een belanghebbende of het Openbaar Ministerie, in de situatie waarin er geen erfgenamen (bekend) zijn, wanneer het niet bekend is of er erfgenamen zijn, of wanneer de nalatenschap niet door een executeur wordt beheerd en de erfgenamen de nalatenschap geheel of gedeeltelijk onbeheerd gelaten (artikel 2:204 lid 1 sub a BW);
- Een schuldeiser van de nalatenschap, in het geval er wordt verdeeld voordat de opeisbare schulden van de nalatenschap zijn voldaan of wanneer voor de schuldeiser het gevaar bestaat dat zijn schuld niet volledig of niet binnen redelijke tijd wordt voldaan (artikel 2:204 lid 1 sub b);
- Een of meer schuldeisers van een erfgenaam, wanneer hun belangen door gedrag van een erfgenaam of een executeur ernstig worden geschaad (artikel 4:204 lid 1 sub c).
De rechtbank heeft op grond van artikel 4:203 BW een discretionaire bevoegdheid in het kader van een verzoek tot benoeming van een vereffenaar van de nalatenschap. Dit betekent dat de rechtbank een vereffenaar kán benoemen, maar hiertoe niet verplicht is. De rechtbank zal per geval toetsen of de verzochte vereffening gewenst is en of de voorgestane vereffenaar in staat, bereid en bekwaam is om de taak op zich te nemen. De rechter oordeelt met name of een zware vereffening de juiste weg is, mede gelet op de (hogere) kosten die een dergelijke vereffening met zich mee brengt. Een verzoek kan bijvoorbeeld worden afgewezen, als er onvoldoende feiten en omstandigheden zijn aangevoerd, die de benoeming van een vereffenaar noodzakelijk maken.
Een reden voor de rechtbank, om een verzoek tot benoeming van een vereffenaar toe te wijzen, kan bijvoorbeeld gelegen zijn in het geval er tussen de erfgenamen onderling sprake is van een zodanige impasse, dat dit de vereffening/afwikkeling van de nalatenschap belemmert. In dat geval kan een professionele vereffenaar als onafhankelijke partij worden benoemd. Een dergelijke situatie lag in 2021 voor bij de rechtbank Noord-Holland (zie rechtbank Noord-Holland van 7 januari 2021 (ECLI:NL:RBNHO:2021:388), in welke situatie de rechtbank een professionele vereffenaar heeft benoemd.
Een reden voor de rechtbank om een verzoek tot benoeming van een vereffenaar af te wijzen, kan gelegen zijn in het feit dat er geen schulden van de nalatenschap (meer) zijn en om die reden er geen belang is bij het benoemen van een vereffenaar. Zie hiervoor bijvoorbeeld de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 25 juli 2019 (ECLI:NL:RBMNE:2019:3252).
Met name als sprake is van een complexe situatie, bijvoorbeeld als er veel schuldeisers zijn of er sprake is van (andere) bijzondere omstandigheden, ligt de benoeming door de rechtbank van een vereffenaar van de nalatenschap meer voor de hand. Het blijft echter maatwerk, waarin een gespecialiseerde erfrecht advocaat u kan adviseren en van de gewenste bijstand kan voorzien
Wie kunnen door de rechtbank tot vereffenaar van een nalatenschap worden benoemd?
In het verzoekschrift kan de verzoekende partij zelf een kandidaat-vereffenaar voordragen (waarbij dan een schriftelijke bereidverklaring van deze voorgestelde vereffenaar wordt overgelegd), of de rechtbank kan worden verzocht om zelf een vereffenaar aan te wijzen en te benoemen. De ervaring leert dat het de voorkeur heeft om in eerste instantie een vereffenaar voor te dragen en in tweede instantie te verzoeken om benoeming van een vereffenaar als door de rechtbank zelf te bepalen (voor het geval door een belanghebbende zwaarwegende bezwaren tegen de voorgedragen vereffenaar worden geuit). Indien immers enkel het laatste verzoek wordt gedaan, bestaat het risico dat de rechtbank geen vereffenaar bereid zal vinden, hetgeen zal kunnen leiden tot afwijzing van het verzoek.
Uit de rechtspraak blijkt dat als de rechtbank zelf een vereffenaar zoekt of wanneer er door partijen een professionele vereffenaar wordt voorgesteld, hiervoor regelmatig een erfrechtadvocaat of notaris wordt gekozen. Advocaten en notarissen zijn bij uitstek onafhankelijke, professionele en ervaren partijen om als vereffenaar van een nalatenschap op te treden. Op het moment dat de rechtbank zelf een vereffenaar kiest, zal de griffier namens de rechter rechtstreeks een beoogd vereffenaar benaderen. De rechtbank zal daarnaast (telefonisch) aan de beoogd vereffenaar (enig) inzicht in de omvang en samenstelling van de nalatenschap geven. Zodra de vereffenaar zich bereid heeft verklaard de taak van vereffenaar van de nalatenschap te willen aanvaarden kan de vereffenaar worden benoemd.
Na de benoeming van de vereffenaar door de rechtbank
Na benoeming treedt de vereffenaar in de plaats van de erfgenaam-vereffenaars. Daarnaast eindigt ook de taak van een eventuele in het testamentbenoemde executeur zodra de vereffenaar door de rechtbank is benoemd (artikel 4:149 lid 1 sub d BW).
Ook zal de benoeming van de vereffenaar ingeschreven moeten worden in het boedelregister.
Uit artikel 4:206 lid 6 BW volgt dat de griffier van de rechtbank hier zorg voor draagt. De vereffenaar moet zelf nog zorg dragen voor de bekendmaking van zijn benoeming in de Staascourant. Deze bekendmaking strekt ertoe dat derden bekend zijn met de benoeming van de vereffenaar. Dit is bijvoorbeeld met name relevant voor schuldeisers, die bij de vereffenaar van de nalatenschap hun schuld moeten indienen.