“Eens gegeven, blijft gegeven”, of toch niet? Over de vernietiging van schenkingen, tijdens leven én na overlijden

Een schenking is onherroepelijk, tenzij anders door de schenker en de begiftigde is afgesproken. “Eens gegeven, blijft gegeven”, is dus ook in juridische zin het devies. Onder omstandigheden kan een schenking echter achteraf worden vernietigd. Welke mogelijkheden heeft de advocaat erfrecht zoal om schenkingen te vernietigen?

 

Vernietiging schenking wegens ontbreken toestemming echtgenoot

Voor echtgenoten en geregistreerde partners geldt op grond van artikel 1:88 BW (Burgerlijk Wetboek) dat zij toestemming van elkaar nodig hebben voor het doen van schenkingen. Dat geldt niet voor gebruikelijke giften, zolang zij niet bovenmatig zijn. Voor een bosje bloemen of een gebruikelijk verjaardagscadeautje is dus geen toestemming van de ander nodig. Een schenking aan een kind van bijvoorbeeld € 20.000,00 voor de aanschaf van een woning, is echter normaliter geen gebruikelijke niet-bovenmatige gift. De andere echtgenoot of geregistreerde partner zal hiervoor toestemming moeten verlenen. Deze regel geldt ongeacht of er sprake is van een gemeenschap van goederen of huwelijkse voorwaarden/ partnerschapsvoorwaarden. Artikel 1:88 BW is een gezinsbeschermende maatregel, die van toepassing is ongeacht het huwelijksgoederenregime of partnerschapsgoederenregime.

Als de toestemming niet is verleend, is de gift vernietigbaar. De bevoegdheid tot vernietiging komt toe aan de echtgenoot of geregistreerde partner, die de toestemming had moeten verlenen. Als deze echtgenoot of geregistreerde partner overlijdt, komt de vraag op of de bevoegdheid tot vernietiging overgaat op zijn of haar erfgenamen. Er bestaat verdeeldheid in de literatuur en rechtspraak over dit vraagstuk. Over het algemeen wordt aangenomen dat de bevoegdheid tot vernietiging van de gift wel overgaat op de erfgenamen, maar dat de mogelijkheid van de erfgenamen om zich te mogen beroepen op de vernietigingsgrond onder omstandigheden kan worden beperkt. Sommige rechters vinden dat het gezin dat beoogd werd te beschermen door artikel 1:88 BW door het overlijden ophoudt te bestaan en dat de erfgenamen daarom geen belang meer hebben om een beroep te kunnen doen op de vernietiging.

Vernietiging schenking wegens geestelijke stoornis

Een schenking is vernietigbaar, wanneer bij de schenker als gevolg van een geestelijke stoornis de wil tot het verrichten van de schenking ontbrak. Voor een geslaagd beroep op deze vernietigingsgrond moet allereerst het bestaan van de geestelijke stoornis worden bewezen op het moment van de schenking. Dat bewijs is vaak lastig te leveren. Daarnaast moet worden bewezen dat deze stoornis een redelijke waardering van het betrokken belang heeft verhinderd, of de schenking onder invloed van de stoornis is gedaan.  Als de rechtshandeling nadelig was voor de geestelijk gestoorde – hetgeen bij een schenking normaliter het geval is – dan wordt op grond van de wet vermoed dat de verklaring onder invloed van de stoornis is gedaan.

Deze vernietigingsgrond wordt in het merendeel van de gevallen niet meer door de schenker zelf ingeroepen. De schenker is daartoe immers veelal zelf niet meer in staat vanwege de geestelijke stoornis. Een bewindvoerder of curator kan echter ook namens de schenker een beroep op deze vernietigingsgrond doen. Daarnaast is het ook mogelijk dat na overlijden van de schenker door de erfgenamen,de executeur (voorheen: executeur testamentair) of de vereffenaar van de nalatenschap in de nalatenschap van de schenker, alsnog een beroep op vernietiging van de schenking wegens een geestelijke stoornis wordt gedaan. De erfgenamen of de executeur of vereffenaar van de nalatenschap hebben in het algemeen een zware bewijslast. Soms is het gewenst of noodzakelijk dat het medisch dossier van erflater kan worden geraadpleegd, zodat een medisch deskundige een uitspraak kan doen over de vraag of ten tijde van de schenking een geestelijke stoornis aanwezig was. Onder omstandigheden hebben erfgenamen of de executeur danwel vereffenaar van de nalatenschap in dat kader recht op inzage van het medisch dossier van de erflater.

Vernietiging schenking op grond van pauliana

Een schenking is een onverplichte rechtshandeling. Als schuldeisers door het verrichten van een schenking in hun verhaalsmogelijkheden jegens de schenker worden benadeeld, dan kunnen zij de schenking vernietigen. Vernietiging van een schenking op grond van deze zogenoemde actio pauliana is dus een schuldeisersbevoegdheid. Een beroep op de actio pauliana kan zich bijvoorbeeld voordoen in een situatie waarbij een ouder is vooroverleden en de kinderen uit die nalatenschap een geldvordering hebben gekregen op hun langstlevende ouder. Als de langstlevende ouder zodanige schenkingen doet uit zijn of haar vermogen (bijvoorbeeld aan één kind) met als gevolg dat er te weinig overblijft om de andere kinderen hun kindsdelen te voldoen, kan de actio pauliana deze kinderen onder omstandigheden soelaas bieden.

Vernietiging schenking wegens misbruik van omstandigheden

Volgens artikel 3:44 lid 4 BW is misbruik van omstandigheden aanwezig, wanneer iemand die weet, of moet begrijpen dat een ander door bijzondere omstandigheden, bewogen wordt tot het verrichten van een rechtshandeling, het tot stand komen van die rechtshandeling bevordert, ofschoon hetgeen hij weet of moet begrijpen hem daarvan zou behoren te weerhouden. Het vereiste dat een rechtshandeling door de ander moet zijn bevorderd, betekent niet dat ook het initiatief tot de handeling van die ander uitgegaan moet zijn of dat deze zich actief heeft moeten opstellen. Het enkele in ontvangst nemen van een schenking kan reeds voldoende zijn. Wanneer een schenking bijvoorbeeld wordt gedaan door een persoon op leeftijd met lichamelijke en/of geestelijke klachten en/of er bijvoorbeeld sprake is van een afhankelijke relatie ten opzichte van de begiftigde, zijn dat indicatoren om misbruik van omstandigheden aan te kunnen nemen.

Uitgangspunt in het Nederlandse recht is dat wie moet stellen, moet bewijzen. De wet kent echter voor vernietiging van schenkingen op grond van misbruik van omstandigheden een bijzondere bewijsregel. Als de schenker feiten stelt waaruit volgt dat de schenking door misbruik van omstandigheden tot stand is gekomen, rust bij een beroep op vernietigbaarheid van de schenking de bewijslast van het tegendeel op de begiftigde. Dit is alleen anders wanneer van de schenking een notariële akte is opgemaakt of deze verdeling van de bewijslast in de gegeven omstandigheden in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid zou zijn. Veelal zal een beroep op vernietiging niet meer door de schenker zelf worden gedaan, omdat de schenker daartoe niet meer in staat is. Een bewindvoerder of curator kan tijdens leven van de schenker namens de schenker een schenking vernietigen op grond van misbruik van omstandigheden. Erfgenamen of een executeur kunnen dat ook na overlijden van de schenker doen.

Schenkingen in strijd met het verbod op Selbsteintritt

Wanneer iemand een volmacht heeft gegeven aan een ander om hem of haar te vertegenwoordigen, mag de gevolmachtigde in principe niet handelen met zichzelf. Op grond van de wet mag een gevolmachtigde slechts als wederpartij van de volmachtgever optreden, wanneer de inhoud van de te verrichten rechtshandeling zo nauwkeurig vaststaat, dat strijd tussen beider belangen is uitgesloten. Deze regel wordt in de praktijk vaak weergegeven als het verbod van Selbsteintritt. Handelt een gevolmachtigde in strijd met dit verbod, dan zijn de handelingen die hij heeft verricht, nietig. Het verbod geldt niet wanneer bij de volmacht is bepaald, dat Selbsteintritt is toegestaan. Is in strijd gehandeld met het verbod op Selbsteintritt, dan kan degene in wiens naam is gehandeld, de rechtshandeling achteraf wel nog bekrachtigen.

Het verbod op Selbsteintritt heeft tot doel om misbruik te voorkomen. De gevolmachtigde mag niet van zijn bevoegdheden gebruik maken om er zelf beter van te worden. Dit betekent dat een gevolmachtigde geen schenking aan zichzelf kan doen, tenzij die bevoegdheid in de volmacht is toegekend. De praktijk leert, dat met enige regelmaat het verbod op Selbsteintritt wordt geschonden. Het gevolg is dat de schenking nietig is.

Verjaringstermijnen en techniek bij vernietiging van schenkingen

Voor alle hiervoor genoemde vernietigingsmogelijkheden kent de wet specifieke verjaringstermijnen. Het is belangrijk dat u in voorkomend geval daarover zo spoedig mogelijk advies inwint. Een erfrechtadvocaat kan u adviseren over de verjaringstermijnen bij vernietiging van schenkingen, zodat u op tijd de juiste acties onderneemt. Ook de techniek van de vernietiging van schenkingen vraagt specifieke kennis en kunde. Dat geldt in het bijzonder wanneer de vernietiging plaatsvindt na een overlijden en er sprake is van een executeur en/of meerdere erfgenamen.

Conclusie: schenkingen zijn onder omstandigheden vernietigbaar, ook na overlijden

‘Eens gegeven, blijft gegeven’, is ook het juridische vertrekpunt. Er zijn echter diverse mogelijkheden om achteraf de rechtsgeldigheid van schenkingen aan te tasten en schenkingen te vernietigen. In sommige gevallen kan zelfs een combinatie van mogelijkheden worden benut. Omdat voor de vernietiging van schenkingen diverse grondslagen bestaan, specifieke verjaringstermijnen in acht moeten worden genomen en de techniek van  vernietiging – zeker na overlijden – een belangrijk aandachtspunt is, kan een erfrechtadvocaat daarbij een wezenlijke rol spelen.

Meld u aan voor onze opleidingen nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van ons aanbod. Meld u hieronder aan en ontvang als eerste een overzicht van nieuwe data en opleidingen.

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.