Wat is vereffening van een nalatenschap?

De vereffening en de vereffenaar zijn termen die veel worden gebruikt wanneer er wordt gesproken over een erfenis. Maar wat is vereffening eigenlijk en wat doet een vereffenaar? Op deze twee vragen wordt in deze bijdrage een antwoord gegeven.

Het klaarmaken van de nalatenschap voor verdeling

Als in nalatenschapskwesties wordt gesproken over ‘vereffenen’, dan gaat het om het klaarmaken van de nalatenschap voor verdeling. Het vereffenen van een nalatenschap is met name bedoeld voor de behartiging van de belangen van de schuldeisers in een nalatenschap. Schuldeisers dienen als uitgangspunt eerst betaald te worden, voordat een erfgenaam zijn deel van de erfenis uitgekeerd krijgt. Dit erfenisdeel is immers afhankelijk van de omvang van het vermogen dat overblijft wanneer alle schulden zijn voldaan. 

Situaties waarbij vereffening verplicht is

Op grond van art. 4:202 lid 1 BW (Burgerlijk Wetboek) is de vereffening in twee situaties verplicht:

  1. Als de nalatenschap door een of meer erfgenamen beneficiair is aanvaard (tenzij a. er een executeur is benoemd en hij kan aantonen dat de goederen van de nalatenschap ruimschoots toereikend zijn om alle schulden van de nalatenschap te voldoen, b. het saldo van de nalatenschap positief is en de wettelijk vertegenwoordiger van een erfgenaam die beneficiair aanvaard heeft, de kantonrechter verzocht heeft om ontheffing van de verplichting om te vereffenen volgens de wet of c. wanneer de wettelijke verdeling van toepassing is: indien de echtgenoot van erflater de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard). De beneficiaire aanvaarding van een nalatenschap is een aanvaarding onder het voorrecht van boedelbeschrijving. Er wordt meestal beneficiair aanvaard wanneer er te weinig zekerheid bestaat over de omvang en samenstelling van de nalatenschap. In dat geval aanvaarden de erfgenamen de nalatenschap, maar als blijkt dat de nalatenschap negatief is, dan zijn de erfgenamen alleen aansprakelijk voor zover er baten in de boedel zitten; verhaal op hun privévermogen is in dat geval niet mogelijk. 
  2. Als de rechtbank een vereffenaar heeft benoemd.

In de eerste situatie treden de gezamenlijke erfgenamen op als vereffenaar. Zij zijn van rechtswege – op grond van de wet – de vereffenaar in de nalatenschap. Zij worden dus niet afzonderlijk tot vereffenaar door de rechtbank benoemd. Dit betekent overigens niet dat de rechtbank in dat geval geen (professionele) vereffenaar meer kan benoemen. In welke gevallen een vereffenaar door de rechtbank kan worden benoemd, wordt in het vervolg van deze bijdrage nader toegelicht. Is dat het geval, dan treedt de (professionele) vereffenaar in de plaats van de erfgenamen op grond van art. 4:203 lid 2 BW. 

De tweede situatie – de benoeming van een vereffenaar door de rechtbank als er geen beneficiaire aanvaarding van de nalatenschap is – is aan de orde als sprake is van een van de drie gevallen die genoemd zijn in art. 4:204 BW:

  1. Op verzoek van een belanghebbende of het openbaar ministerie, wanneer er geen erfgenamen (bekend) zijn of wanneer de nalatenschap onbeheerd wordt gelaten;
  2. Op verzoek van een schuldeiser van de nalatenschap, wanneer tot een verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan voordat de opeisbare schulden daarvan zijn voldaan of er andere redenen zijn op grond waarvan het gevaar bestaat dat de schuldeiser uiteindelijk niet (geheel) betaald wordt;
  3. Op verzoek van een of meer andere schuldeisers van een erfgenaam, wanneer hun belangen door een gedraging van de erfgenamen of van de executeur ernstig worden geschaad.

Als de vereffenaar door de rechtbank wordt benoemd, dan is het veelal een erfrechtadvocaat of notaris die tot vereffenaar wordt benoemd. Advocaten en notarissen zijn goed thuis in het erfrecht en hebben veelal ruime ervaring in de vereffening van nalatenschappen, zodat zij op een juiste en effectieve wijze de nalatenschap kunnen vereffenen. 

Wat zijn de taken van een vereffenaar?

De algemene taakomschrijving van de vereffenaar is uitgewerkt in art. 4:211 lid 1 BW: ‘Een vereffenaar heeft tot taak de nalatenschap als een goed vereffenaar te beheren en te vereffenen’. Deze algemene taak van de vereffenaar wordt vervolgens nader gespecificeerd in de wet. Zo staat in art. 4:211 lid 2 BW dat de vereffenaar de erfgenamen in en buiten rechte vertegenwoordigt. Ook moet een vereffenaar een boedelbeschrijving opmaken op grond van art. 4:211 lid 3 BW, waarin beschreven staat uit welke vermogensbestanddelen en schulden de nalatenschap bestaat.

Wat doet een vereffenaar?

Een vereffenaar richt zicht op 3 fases in het vereffenen van een nalatenschap, welke wij hieronder voor u toelichten:

  • Beheer en inventarisatie;
  • Liquidatie van het vermogen;
  • Uitkering aan schuldeisers en erfgenamen. 

Beheer en inventarisatie

De vereffenaar dient op grond van art. 4:214 BW de schuldeisers op te roepen om zich te melden. Op basis daarvan dient hij een lijst van erkende en betwiste vorderingen op te stellen en deze lijst moet worden neergelegd bij de betrokken boedelnotaris of – als die er niet is – bij de griffie van de rechtbank, zodat iedere belanghebbende deze lijst kan inzien. Dit alles gebeurt in de fase van inventarisatie en beheer van de boedel. 

Liquidatie van het vermogen

Vervolgens komt de fase van liquidatie van het vermogen, waarin de vereffenaar op grond van art. 4:215 BW de goederen van de nalatenschap te gelde gaat maken, voor zover dit nodig is om de schulden van de nalatenschap te voldoen. Daarna dient de vereffenaar rekening en verantwoording af te leggen op grond van art. 4:218 lid 1 BW. Dat betekent dat de vereffenaar aan moet geven welke handelingen hij heeft verricht en waarom hij bepaalde keuzes heeft gemaakt rondom de vereffening van de nalatenschap. 

Uitkering aan schuldeisers en erfgenamen

Na het afleggen van rekening en verantwoording gaat de vereffenaar over tot het doen van uitkeringen aan de schuldeisers op basis van de inmiddels verbindend geworden uitdelingslijsten die door de vereffenaar zijn opgesteld. Het geld van de nalatenschap dat dan eventueel over is (‘het overschot’), wordt door de vereffenaar ter beschikking gesteld aan de erfgenamen. Dit is geregeld in art. 4:226 BW. Zijn niet alle erfgenamen bekend, dan moet de vereffenaar de onbekende erfgenamen opsporen op grond van art. 4:225 BW. Mogelijk zijn er ook goederen over die de vereffenaar van de nalatenschap aan de erfgenamen ter beschikking zal stellen. 

Tot slot over de vereffening van de nalatenschap

U kunt zich voorstellen dat met de uitvoering van de taken van de vereffenaar de nodige tijd gemoeid is. Is de vereffenaar door de rechtbank benoemd, dan heeft de vereffenaar op grond van art. 4:206 lid 3 BW recht op het loon dat door de kantonrechter wordt vastgesteld. Het loon van de vereffenaar wordt beschouwd als kosten van de vereffening, en daarmee kosten van de nalatenschap. Het loon van de vereffenaar is een schuld van de nalatenschap op grond van art. 4:7 lid 1 sub c BW, die uit de boedel van de nalatenschap voldaan wordt. 

Gaat het om een vereffenaar die niet door de rechtbank benoemd is, maar die van rechtswege vereffenaar is omdat hij de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard, dan heeft de vereffenaar geen recht op loon. Dus alleen een door de rechtbank benoemde vereffenaar van een nalatenschap zoals een advocaat erfrecht of notaris kan aanspraak maken op loon voor de in het kader van de vereffening uitgevoerde werkzaamheden. 

Meld u aan voor onze opleidingen nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van ons aanbod. Meld u hieronder aan en ontvang als eerste een overzicht van nieuwe data en opleidingen.

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.