Als één of meer erfgenamen de nalatenschap beneficiair hebben aanvaard, moet er een vereffening van de nalatenschap plaatsvinden. De wet schrijft voor dat alle erfgenamen in dat geval gezamenlijk de vereffenaars zijn. Maar hoe moet dat nu als een erfgenaam spoorloos is?
In een uitspraak van 24 april 2015 van de kantonrechter te Utrecht (Rechtbank Midden-Nederland 24 april 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:2970) moet de kantonrechter over een dergelijke kwestie beslissen. Naast de verzoekers in die procedure is er nog een andere erfgenaam die vertrokken is naar Verenigde Staten. De notaris heeft inmiddels onderzoek gedaan naar zijn verblijfplaats maar deze is niet te achterhalen. Op grond van artikel 4:198 BW hebben de erfgenamen de kantonrechter verzocht dat zij (dus zonder de erfgenaam uit Amerika) als vereffenaar mogen optreden. De kantonrechter wijst dit verzoek toe nu hij vindt dat dit in het belang is van de schuldeisers. De kantonrechter acht het niet in het belang van de schuldeisers dat de rechtbank wordt verzocht een vereffenaar te benoemen omdat daarmee de kosten van de vereffening alleen maar hoger worden. De kantonrechter weegt ook mee dat de omvang van de nalatenschap beperkt is.
